ProFri reageert op frikandel-bashing en diskwalificatie van klanten

Veldhoven, 30 maart 2020

“Kwalificatie schiet ons écht in het verkeerde keelgat”

 

ProFri, de vakvereniging voor professionele frituurders, stoort zich aan de vaak denigrerende bewoordingen waarmee media zich met de regelmaat van de klok uitlaten over frituurondernemers, hun producten en hun klanten. De vakvereniging reageert met een ingezonden brief op een, naar haar smaak, zoveelste vorm van frituur-bashing, dit keer in De Volkskrant.

“Het lijkt de gewoonste zaak van de wereld; steeds weer permitteren journalisten van publieksmedia zich de vrijheid om onze branche te kijk te zetten. Herhaaldelijk worden hardwerkende ondernemers geconfronteerd met staaltjes negatieve beeldvorming. Als je niet beter zou weten, zou je denken dat het een doelbewuste hetze is,” zegt Frans van Rooij, directeur van de vakvereniging.

Murw gebeukt

Veel ondernemers met cafetaria’s, snackbars en frituren laten de frituur-bashing gelaten over zich heen komen, omdat ze er langzamerhand aan gewend zijn geraakt. Een passage van Volkskrant-columnist Sander Schimmelpenninck was voor ProFri de reden toch in de pen te klimmen. Aan de redactie opinie van het dagblad schrijft Van Rooij namens de vakvereniging:

Frikanwél!

Ik citeer uw columnist Sander Schimmelpenninck: “De Action is de frikandel van de retail: alles is verwerpelijk aan die winkel, maar de onderontwikkelde Nederlandse consument vreet het….” Helaas moet onze branche van frituurspeciaalzaken zich te pas en te onpas dit soort onverkwikkelijke bewoordingen laten welgevallen. 

Ja, jammer genoeg zijn we het gewend dat friet, snacks en de frituur in de publieke opinie keer op keer het mikpunt zijn van hoon en spot; wij zijn er zelfs al een beetje murw door gebeukt. De best verkochte frituursnack van Nederland heeft een lange staat van dienst; sinds halverwege de vorige eeuw is het al een vaste waarde in cafetaria’s, snackbar en frituren. Maar dit terzijde; wat ons echt in het verkeerde keelgat schiet, is dat u zoveel Nederlanders diskwalificeert als “onderontwikkelde Nederlandse consumenten, die van alles vreten”. 

U doet hiermee miljoenen mensen ernstig tekort en plaatst u zelf eerlijk gezegd wel erg verheven boven veel van uw landgenoten. Ach. Wij vermoeden dat hier de aloude wijsheid “Wat men liefheeft kastijdt men” van toepassing moet zijn.
Als dit zo is, wensen wij Sander Schimmelpenninck zeer veel genoegen met de eerstvolgende gelegenheid die zich voordoet om heimelijk lekker van zijn frikandel te genieten.